Mijn avontuur
Noorwegen, wat is het een geweldig land. Het was ons vakantiedoel dit jaar, voor het eerst zonder kinderen op vakantie. Rugzakken en loopschoenen gekocht en/of opgezocht. Alles klaar voor 3 weken allerlei leuke dingen doen. Met de boot voeren we van Hirtshals naar Kristiansand en daarna reden we van camping naar camping. Een paar dingen wilden we sowieso graag doen, zoals wandelen op de Hardangervidda, watervallen bekijken stond ook op het lijstje en op een gletsjer lopen. Dat kon eerder nog niet, want toen waren onze kinderen nog te klein.
Na de tocht over de gletsjer, de Nigardsbreen, liepen we terug naar het parkeerterrein. Dat was al in zicht, toen ik over een natte, gladde steen uitgleed en op mijn rug belandde, met mijn linkerarm omhoog. Wilde ik een plant vastpakken of wilde ik op een andere manier mijn val tegenhouden? Geen idee meer, want ineens lag ik in ijskoud stromend water en toen ik mijn arm naar beneden deed, wist ik meteen dat het foute boel was…
Ruud wilde me uit het water omhoog trekken, maar ik bleef nog even liggen. Dat koude water kon ik wel aan, (ik douch toch elke dag met koud water), maar de pijn in mijn arm moest ik eerst even ondergaan en ik wilde bedenken hoe ik omhoog kon komen zonder misselijk te worden.
Langzaam maar zeker schoof ik op mijn billen, afzettend met mijn rechterhand en met mijn voeten en met de hulp van Ruud steeds meer uit het water en naar de bovenkant van een grote rots. Daar kon ik droog zitten en verzonnen we een bandje voor mijn onderarm. Ik kreeg een dikke trui aan, deed mijn regenjas eroverheen aan en zat in het zonnetje. Na overleg belde Ruud een noodnummer in Noorwegen. Met z’n tweeën ging het ons niet lukken…
Op zich wel een avontuur: door 4 stoere Noorse mannen naar beneden gehaald van een berghelling. Wel na een uur wachten, omdat ze uit Hafslo moesten komen. De eerste man, die arriveerde zei tegen me: ‘Zo mevrouw, u bent goed gevallen.’ Ik zei: ‘I don’t understand you!’, want wat ik ook verwacht had, Noors of Engels of desnoods Duits, maar géén Nederlands ?. Deze arts bond mijn arm aan mijn lijf vast met verband, zodat die niet kon gaan slingeren. Ze hielpen me geweldig naar beneden, door me met een riem om m’n middel te zekeren en voor me te gaan lopen op de gladde stukken. En op de parkeerplaats kreeg ik een stuk échte Noorse chocolade!
Achter de arts reden we naar een soort huisartsenpost in Gaupne (ook weer een uur) en daar dachten ze dat mijn arm ‘uit de kom’ was. Daarvoor kreeg ik eerst twee flinke spuiten in de spieren bij de schouder en daarna moest ik op mijn buik gaan liggen en de arm richting de grond laten hangen. Daaraan hingen ze eerst 4 kilo, daarna 6 kilo om de schouder terug te krijgen. Wat heb ik mezelf moeten overtuigen om mee te werken en dat zonder al te veel paniek. Ik werd meerdere keren stoer genoemd en dat vond ik mezelf eigenlijk ook wel.
Toen ik overeind kwam na drie kwartier, was de pijn nog steeds hetzelfde en werd ik doorgestuurd naar het ziekenhuis in Førde. Het was inmiddels half 12 en naar dat ‘sykehus’ was het 2 uur rijden. Toch maar eerst even langs de tent, want Ruud had al die tijd niet gegeten… dan kon hij me veilig daarheen brengen. Ik had geen trek.
Om 2 uur ’s nachts waren we in het ziekenhuis; weer eerst een onderzoek, daarna foto’s en toen werd dus duidelijk dat de kop gebroken was.
We mochten niet meer weg, ik moest de rest van de nacht in het ziekenhuis slapen en Ruud kreeg een deken mee en sliep ergens op een parkeerplaats. Er was geen extra slaapplaats meer voor hem in het ziekenhuis.
Gelukkig hadden ze nog wel wat te eten voor me, toen duidelijk was, dat ze niet gingen opereren, dus lag ik op een donkere zaal boterhammetjes te eten om half 5 en heb daarna nog iets geslapen. De dag erna werd ik gedoucht en werd ik uit het ziekenhuis ontslagen met een tasje vol pijnstillers.
We hebben ervoor gekozen niet naar huis te gaan, maar zijn op de camping gebleven. Ik sliep aardig in een verstelbare campingstoel en Ruud sliep aan mijn voeten ?.
De eerste dagen kon ik niks zelfstandig, dus dat was best lastig voor mij en voor Ruud. Na een paar dagen zijn we in etappes teruggereden naar huis. Alles moest Ruud alleen doen: de tent inpakken, auto rijden, de tent opzetten en dan weer koken. Best zwaar voor hem.
Terug in Nederland ben ik voor controle in het ziekenhuis geweest en de breuk zag er nog steeds goed uit. En dan bedoel ik netjes genoeg, er is dus geen operatie nodig. Het herstellen gaat op de conservatieve manier: geduld hebben. Acht weken lang moet mijn arm blijven hangen en ik mag er niet mee tillen of er kracht mee uit oefenen.
Ik ben nu één-handig, gelukkig is de breuk in mijn linkerschouder. Ik ben rechts, dus ik kan nog redelijk veel met één hand doen, al kost het allemaal 3 keer zo veel tijd. En werken? Dat lukt nog niet, de eerste twee weken zijn geregeld en verder bekijk ik het gewoon per dag.
Pingback: Noorwegen in de toekomst – Blog van Nienke ~ juf, coach en soms middeleeuwer
Pingback: Uitdagingen met #maaréénarm – Blog van Nienke ~ juf, coach en soms middeleeuwer
Pingback: 100 berichten! – Blog van Nienke ~ juf, coach en soms middeleeuwer
Wat jammer dat hwt zo gelopen is zeg.
Veel geduld nog..
Dankjewel Jolanda!!!